Laparoscopische abdominale cerclage ter preventie van herhaalde extreme vroeggeboorte
Onderzoeker:
Prof. dr. J.A.F.Huirne, Nicole Burger, Amsterdam UMC
Cervixinsufficiëntie is het onvermogen van de baarmoederhals om een zwangerschap tot de uitgerekende datum te behouden en leidt tot vroeggeboorte. De behandeling bestaat uit het aanbrengen van een bandje om de baarmoederhals (een cerclage) om deze gesloten te houden.
Een cerclage kan vaginaal (via de vagina) worden geplaatst of, als dat niet mogelijk is door eerdere beschadiging van de baarmoedermond (een eerdere mislukte cerclage of andere operatie), dan wordt die abdominaal (via de buik) geplaatst. Een zwangerschap met een abdominale cerclage leidt in circa ca 90% tot een levend geboren kind, maar er is nog weinig over bekend.
Om de kennis te vergroten werden de gegevens van 273 vrouwen met een abdominale cerclage geanalyseerd die in Boston en Amsterdam zijn geopereerd. De studie is de grootste studie die tot nu toe is gepubliceerd. De studie toont dat de abdominale cerclage veilig is en zeer gunstige obstetrische uitkomsten toont.
Subgroep analyse toont dat de groep patiënten met een eerdere niet-gelukte vaginale cerclage het hoogste risico heeft op foetale sterfte in het tweede trimester op basis van recidief cervix incompetentie. Ook werd een Europese samenwerking opgezet. Via een database worden vrouwen, die in aanmerking komen voor de abdominale cerclage, vervolgd. De samenwerking is opgezet met Vlaanderen (Universitair Ziekenhuis Antwerpen en Universitair Ziekenhuis Leuven) en de intentie is er om deze uit te breiden met Engeland (University London Hospitals) en Boston (Brigham and Women’s Hospital/Harvard Medical School).
Ten derde is er een aanvulling in het regioprotocol ‘Regioprotocol Preventie Spontane Vroeggeboorte, Netwerk Geboortezorg Noordwest Nederland’ geschreven: ‘In geval van onsuccesvolle behandeling met een vaginale cerclage in een eerdere zwangerschap, gedefinieerd als een extreme premature partus < 28 weken na een primaire of secundaire vaginale cerclage, is het advies een abdominale cerclage voorafgaand aan een volgende zwangerschap (MAVRIC-studie). Vrouwen kunnen hiervoor worden verwezen naar het vroeggeboorte spreekuur in het Amsterdam UMC. Vrouwen die door eerder trauma of chirurgie (zo goed als) geen cervix uteri meer hebben, met of zonder eerdere vroeggeboorte, kunnen preconceptioneel worden verwezen naar Amsterdam UMC voor counseling over het eventueel plaatsen van een laparoscopische cerclage.’
Als laatste is er focusgroep onderzoek verricht, getiteld ‘Patiënt perspectieven en voorkeuren in patiënten met een cerclage en na extreme vroeggeboorte: een focus groep studie’. Aan deze studie deden patiënten uit het AMC mee en patiënten die door een samenwerking met de patiëntenvereniging (www.extremevroeggeboorte.nl) werden geworven.